Persbericht: Analyse wethoudersbestand na de verkiezingen

Wij hebben een analyse gedaan van het wethoudersbestand na de verkiezingen in 2022. Lees het hele rapport (inclusief grafieken) hier

De gemeenteraadsverkiezingen zijn alweer zeven maanden achter de rug en de samenstelling van de colleges van 341 gemeenten is bekend. Alleen van de gemeenten Bergen (NH), Den Haag en Vlieland zijn de nieuwe wethouders nog niet bekend of nog niet officieel benoemd. Ook hebben sommige gemeenten in maart geen gemeenteraadsverkiezingen gehouden omdat deze gemeenten pas gefuseerd zijn en dus al wethouders hebben benoemd vlak na het moment van de fusie (Dijk en Waard, Eemsdelta, Land van Cuijk, Maashorst, Purmerend, Vught). Brielle, Hellevoetsluis en Westvoorne hebben helemaal geen nieuwe wethouders, want deze drie
gemeenten zullen in januari 2023 fuseren tot één gemeente: Voorne aan Zee. 

Samenstelling colleges

Hoe zien de colleges er nu uit? Op dit moment zijn er 1410 wethoudersposten. Hier zijn de wethouders van Brielle, Hellvoetsluis en Westvoorne ook meegeteld, want het komende halfjaar zijn zij nog wethouder. Alleen de drie bovengenoemde gemeenten die nog geen nieuw college gevormd hebben, hebben geen aandeel in de 1410 wethoudersposten. Het gemiddelde aantal wethouders per college is 4 en ongeveer 29% is een vrouw. Dat is, vergeleken met de vorige bestuursperiode, een toename van het aandeel vrouwen op de wethoudersposten. Veruit
de meeste colleges zijn gemengd (minimaal één man en één vrouw) en colleges die louter bestaan uit vrouwelijke wethouders hebben het kleinste aandeel.

Meer dan duizend wethouders zitten in een gemengd college. In deze groep is 37% een vrouw. Logischerwijs is het merendeel een man, aangezien ongeveer 71% van het totale aantal wethouders een man is. Wethouders komen en gaan. Sommigen blijven langer werkzaam dan anderen en gaan voor een volgende termijn als wethouder. Als de huidige wethouders van Brielle, Hellevoetsluis en Westvoorne even niet worden meegerekend (wegens de fusie begin volgend jaar), zijn er 1399 wethouders die nieuw zijn of doorgaan als wethouder. In de grafiek hieronder is de verdeling te zien.

Er zijn op dit moment 165 vrouwen die doorgaan als wethouder. Dat is 18% van het totaal (1399). Onder de mannen is dat 34%. Dit zegt echter niet veel, want er zijn veel meer mannelijke wethouders. Het is dan ook interessanter om te kijken naar de verhoudingen binnen de groep mannen en de groep vrouwen. Zo zijn er in totaal, zonder de wethouders van Brielle, Hellevoetsluis en Westvoorne, 999 mannen en 400 vrouwen. Van alle vrouwen gaat dus 41,2% door als wethouder en onder de mannen is het percentage doorgaande wethouders 47,8%. Dit betekent dat er relatief meer vrouwen nieuw zijn dan mannen, respectievelijk 58,8% en 52,2%.
In dit onderzoek wordt een wethouder als ‘doorgaand’ bestempeld wanneer hij of zij aan het einde van de vorige bestuursperiode (2018-2022) ook wethouder is geweest. Is dat niet het geval, dan wordt de wethouder bestempeld als ‘nieuw’.

Lokale partijen doen het goed

Dit verkiezingsjaar hebben de lokale partijen het buitengewoon goed gedaan. In de meeste gemeenten zit er minimaal één lokale partij in de coalitie. Het is dan ook niet zo gek dat heel veel wethouders afkomstig zijn van lokale partijen. In de grafiek hieronder is het aantal wethouders per politieke partij te zien. Met 523 wethouders hebben de lokale partijen (gezamenlijk) het grootste aandeel bij de invulling van de wethoudersposten. Onder de landelijke partijen zijn CDA, VVD, PvdA en D66 de partijen die veel wethouders leveren. In 51 gevallen zijn wethouders voorgedragen door een partijcombinatie en acht wethouders zijn partijloos.

Tijdbestedingsnorm en woonplaatsontheffing

Wethouders maken lange dagen en hebben vaak veel werkdruk. Er wordt dan wel eens gezegd dat wethouders meer dan een fulltime baan hebben. Toch wordt niet iedere wethouder fulltime (1 fte) aangesteld, maar soms ook in deeltijd. Hoe zit het met de tijdbestedingsnormen van de wethouders? Zoals vermeld, zijn er nu 1410 wethoudersposten, inclusief Brielle, Hellevoetsluis en Westvoorne. Deze drie gemeenten worden voor de tijdbestedingsnorm (en de woonplaatsontheffing) meegenomen in de berekeningen. Van de 1410 zijn 270 wethouders, 19,1%, in deeltijd aangesteld. Ook in de groep deeltijdwethouders is onderscheid gemaakt tussen man en vrouw. In de grafiek hiernaast zijn de getallen omtrent de deeltijdbetrekking te zien. Iets minder dan een derde van de deeltijdwethouders is een vrouw, 31,5%. In absolute getallen zijn er logischerwijs meer mannen die een deeltijdbetrekking hebben. Relatief gezien is het een ander verhaal: van alle vrouwelijke wethouders (403) is 21,1% in deeltijd aangesteld en van alle mannelijke wethouders (1007) heeft 18,4% een deeltijdsbetrekking. In verhouding zijn vrouwen dus minder vaak fulltime aangesteld.

De deeltijdfactoren zijn verschillend. Niet alleen tussen gemeenten, maar ook ín gemeenten. De meest voorkomende deeltijdfactor is 0,8 fte (80%). De gemiddelde deeltijdfactor is 0.795 fte (79,5%). Om een wethouder te kunnen zijn, moet iemand aan verschillende eisen voldoen.

Volgens artikel 36a, lid 2 van de Gemeentewet moet een wethouder een ingezetene zijn van die gemeente. Is dat niet het geval, dan kan de gemeente besluiten deze persoon een woonplaatsontheffing te verlenen. Van de 344 zijn er in 217 gemeenten geen woonplaats- ntheffingen verleend, dus is in die gemeenten geen sprake van ‘een wethouder van buiten. In 124 gemeenten is daar wel sprake van. Van drie gemeenten (Bergen NH, Den Haag en Vlieland) zijn deze data nog niet bekend. In de grafiek is te zien dat er meer mannen van buiten de gemeente komen dan vrouwen, een logisch gegeven. Worden deze cijfers echter binnen de eigen groep bekeken, dan komt in de groep mannen 11,9% en in de groep vrouwen 12,2% van de wethouders van buiten. Relatief gezien zijn de wethouders van buiten in beide groepen dus ongeveer even groot.

Bovenstaande cijfers geven een goed beeld van de samenstellingen en verhoudingen van de colleges. Van een paarcolleges ontbreken nog data, maar ook mét die data zal er in bovenstaande cijfers en vooral verhoudingen niet veel veranderen. Noot voor de redactie: Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Jeroen van Gool, directeur van de Wethoudersvereniging: jeroenvangool@wethoudersvereniging.nl of 06-23077736.

Capture